Koehakkig of O-benig


Nauw gaan in de achterhand is niet bepaald de enige fout die we in het gangwerk achter kunnen waarnemen. Elke ervaren fokker heeft ooit weleens last gehad van geheel andere problemen zoals koehakkigheid of o-benen. Allereerst de koehakkigheid. Dit is een fout die zowel aangeboren als verkregen kan zijn. Fokdieren die zelf koehakkig zijn vertonen de neiging deze fout door te geven aan hun nakomelingen en het is zeer moeilijk om deze fout weer uit te selekteren. Meestal komt het generaties lang voor en veelal kost het eveneens enkele generaties om er van af te komen, zo dat al wil lukken.

Evenwicht

De nakomelingen van goed gebouwde dieren worden soms koehakkig tijdens de groei naar volwassenheid als gevolg van slechte of overmatige voeding, te veel of te weinig beweging of door ziekte tijdens de groei.
Met name overgewicht en te veel beweging zijn belangrijke oorzaken van koehakkigheid. Een waakzaam oog op het lichaamsgewicht en een evenwichtige hoeveelheid beweging en rust zullen er voor zorgen dat de pups krachtig en korrect opgroeien in voor- en achterhand. Alle jonge honden moeten hun dagelijkse perioden met rust hebben, met name ’s zomers wanneer de dagen lang zijn. Honden die tijdens de groei ziek worden en koorts krijgen verliezen vaak een deel van de kracht in de achterhand en blijken na herstel vaak opvallend koehakkig. Vooral bij de grote rassen kan het dan maanden duren voordat alles weer normaal is. In sommige gevallen lijkt het eindeloos te duren voordat de bespiering optimaal is en soms blijven deze dieren levenslang onregelmatig lopen.

Massage

Zorgvuldige voeding en beperkte beweging in kombinatie met massage en regelmatige training is de beste manier om deze zwakke achterhanden te versterken. Overmatige hoeking van de achterhand is een andere veel voorkomende oorzaak van koehakkigheid. O-benen, waarbij de achtervoeten binnenwaarts zijn geplaatst met de hakken naar buitenwijzend komen minder voor dan koehakkigheid, maar zijn net zo storend voor het gangwerk. Gewoonlijk ziet men dit wanneer de achterhand te steil is en mogelijk heeft het iets te maken met onvoldoende spanning op de kniepees, die mede de knieschijf op zijn plaats houdt. Een kombinatie van deze faktoren schijnt de hakken toe te staan om naar buiten te buigen. Deze fout wordt zelden gezien bij rassen met een voldoende gehoekte achterhand en waarbij er geen aanleg bestaat voor patellaluxatie.

Overdreven

Hier betreft het een eveneens moeilijk te korrigeren aandoening. Alleen door te fokken met ouderdieren die uitmunten in bouw en gangwerk kan mogelijkerwijs enige vooruitgang worden geboekt. In zijn algemeenheid is het waarschijnlijk beter niet te fokken met de aangetaste dieren. Dergelijke fouten met een gekompliceerde oorzaak hebben de vervelende gewoonte om na enkele generaties weer terug te komen, juist wanneer de fokker denkt het probleem onder de knie te hebben.

Een ander probleem is dat van de overdreven beweging in de achterhand, zoals dat vanuit de Verenigde Staten zijn intrede in ons land heeft gedaan. Het is duidelijk aanwezig bij sommige Amerikaanse Cockers, Kerry Blue Terriers en Lhasa Apso’s van Amerikaanse afstamming. De fout is het gevolg van selektie op overmatig lange schenkels. Door de lange schenkels maken de achterbenen grotere passen dan de voorbenen, waardoor de coördinatie van het gangwerk verloren gaat. De hond moet zijn achterhand bij wijze van spreken meer te doen geven om in de pas te blijven lopen met de voorhand. Dit doen deze rassen door op een overdreven wijze hun hakken achter zich op te gooien.

Showgang

Het is erg opvallend en veel mensen vinden het prachtig, maar het is ongetwijfeld een malformatie. De hond is uit balans en gooit de achterbenen op om te kompenseren voor de korte passen van de voorhand. Een door de mens veroorzaakte fout die jammergenoeg ook opduikt in andere rassen. Er dient nu ingegrepen te worden, omdat anders het risico bestaat van bijvoorbeeld heupdysplasie doordat zulke overdrijving leidt tot abnormale belasting van het heupgewricht.

Uit de rubriek “It seems to me” van Tom Horner. Overgenomen uit Dog World.